Zoveel mensen voor de oude knarren? Dat kon toch niet!

In 1990 bestaan er in landen als Noorwegen en Duitsland al geruime tijd kampioenschappen voor oudere amateur(club)schaatsers. In 1991 worden Haarlemse schaatsers uitgenodigd om in Frankfurt am Main deel te nemen aan een internationaal kampioenschap voor veteranenschaatsers. Er volgen een aantal enerverende gebeurtenissen, toen en daarna. Hier een aantal herinneringen.

Frankfurt nodigt Haarlem uit

Uit de sportieve contacten tussen Aris Dijksman, oud-voorzitter van de IJsclub Haarlem en Omstreken, en Peter Croll en Horst Klehr van de Olympischer Eisschnellauf-Club Frankfurt volgt najaar 1991 een uitnodiging aan de Ijsclub voor Haarlem en Omstreken om deel te nemen aan een internationaal kampioenschap voor veteranenschaatsers 1. Bij een groep oudere actieve wedstrijdschaatsers op de Haarlemse ijsbaan is daar inderdaad belangstelling voor en zo meldden zich acht man aan: vijf Haarlemmers (tussen haakjes hun leeftijdscategorieën): Ton Meijer (50), Cees Vink en René Schönhage (45), en Lou Hoogewerf en Ben Rückert (40), twee andere Noord-Hollanders die ook in Haarlem trainen, Jan Nat (45) en Jan Smit (40) en last minute , Jan van der Meulen (45) uit Budel geven ook gehoor.

Veteran Speedskating

Al lang voor 1990 bestonden er in verschillende landen kampioenschappen voor oudere, niet- professionele, schaatsers. Noorwegen kent ’Veteranen Klubben’ waarvan schaatsers vanaf 35 jaar meedoen aan de ‘Norway National  Veteran Speedskating Championships’. Duitsland kent een dergelijk evenement voor leeftijden vanaf 30 jaar dat in 1990 de ’German Senior Speedskating Championships’ (GSSsC) wordt. Ook in Finland en Zwitserland worden zulke competities gehouden en het verhaal gaat dat er in het najaar van 1991 in Rusland (en mogelijk ook eerder, in de Sovjet Unie) speciale veteranenwedstrijden of -kampioenschappen waren. In Nederland rijden de oudere schaatsers voornamelijk schaatsmarathons en de KNSB lijkt in die categorie langebaanschaatsers eigenlijk niet zo geïnteresseerd.

Naar Frankfurt in een busje

Tijdens de GSSsC-editie van februari 1991 in München, waaraan ook Peter Reimann, schaatskampioen van Zwitserland van 1965, deelneemt, komt er tussen hem en de Duitse deelnemers Peter Croll van de OECF en Karl-Heinz Trepke het idee naar boven om een soort wereldkampioenschappen voor oudere niet-professionele schaatsers te organiseren bij aanvang van het volgende seizoen. Zo komt er dus een internationale uitnodiging van OECF-voorzitter Horst Klehr voor het weekend van 30 november en 1 december 1991 in Frankfurt am Main. In de bus van Cees Vink rijden de Haarlemse pioniers naar het westen van Duitsland, waar het in de stad in een tijd zonder Tomtom nog wel even zoeken is en Cees draait in straten waar dat eigenlijk niet kan. ’Gibt doch kein Polizei’, mompelt Cees.

Willy Caboor, Elfstedenrijder

Een week voor aanvang arriveert er van Horst Klehr, in zijn hoedanigheid van ISU-afgevaardigde, het bericht in Haarlem dat vanwege het geringe aantal deelnemers uit maar weinig landen, de wedstrijden niet kunnen plaatsvinden onder de vlag van de ISU. Bij aankomst blijkt hoe dat zit. De wedstrijden zijn ingedeeld vijfjaars leeftijdscategorieën over standaard afstanden, maar het deelnemersveld bestaat uit slechts 22 mannen: 13 Duitsers (35 tot 65 jr.), 8 Nederlanders (40 tot 50 jr.) en 1 Belg  (55 jr.).  De 58-jarige Belg Willy Caboor had internationaal langebaan gereden in Davos en Inzell rond 1970 en was in 1986 eerste buitenlander aan de finish van de Elfstedentocht. Hij vertelt in sappig Vlaams dat hij nog steeds tweemaal per week traint in Eindhoven, voor hem een ritje van 340 km v.v. Een bekende afzegger is Vladimir Lobanov, allround kampioen van de Sovjet Unie in 1976, aanvoerder van de Adelskalenderen in de winter van 1976-1977 en winnaar van brons op de 1000 meter op de Olympische Spelen van Lake Placid in 1980; hij had persoonlijk uitgenodigd moeten worden en de organisatie had de reis moeten betalen anders kreeg hij geen visum, zo luidt de verklaring.

Championships? Nee, Games

Bij de loting weten we niet wat we zien: zoveel mensen voor de oude knarren? Dat kan toch niet! Nee, inderdaad, alle belangstelling is voor een ijshockeywedstrijd in de belendende ijshockeyhal met 4000 zitplaatsen. Er blijken nog meer consequenties vast te zitten aan het ontbreken van de ISU-zegen. Klehr meldt dat de internationale bond ook bezwaar maakt tegen de term ’Championships’, uit de toernooi-oproep. Het betekent dat de medailles, die nog gegraveerd moeten worden,een andere naam moeten vermelden. Na overleg stemt iedereen er mee in dat de komende twee dagen de ’1st Veterans Speed Skating World Games’ zullen worden gehouden.

‘Herzlich willkommen’

Na de eerste nacht gestald te zijn in een jeugdherberg in Mainz op 50 km. van Frankfurt, kan er ’s ochtends worden ingereden op een mistige baan met een ijsvloer van zo’n 30 cm. ‘für Eis-speed-wee’. Aangezien de microfoon het begeven heeft, beklimt Klehr een stalen bordes en weet zich als een Duitse generaal die de troepen toespreekt ‘verständlich’ te maken. We zijn ‘herzlich wilkommen’, zoveel is duidelijk.
De 500 en 1500 meter van de eerste dag worden bij de 40+ allebei gewonnen door Ben Rückert en bij de 45+ door Jan van der Meulen. In overleg met de rijders besluit de organisatie een marathon, geprogrammeerd voor een dag later, tot besluit van dag één te laten plaatsvinden. Dan kan iedereen de volgende dag redelijk vroeg naar huis. Rückert wint weer, met een schaatslengte voorsprong op Smit, Caboor wordt vierde.

‘Jetzt die Maule halten!’

Er is voor de deelnemers nu overnachting geregeld in een jeugdherberg in Frankfurt. Toevallig verblijft daar ook een buslading Hongaarse kinderen die tot diep in de avond met hun net aangekocht Duitse speelgoed luidruchtig in de gang bezig blijven. Wij nemen onze wedstrijden wel degelijk serieus en willen goed slapen. Ben is het na een tijdje zo zat dat hij in zijn Jansen & Tilanus de gang instapt en luidkeels roept ‘Jetzt die Maule halten und schlafen ja!’ Daarna wordt het stil.
Op dag twee worden op de 3 km. (er wordt geen 5 km. gereden) weer Nederlandse zeges geboekt in de drie ‘jongste’ leeftijdscategorieën. Uiteindelijk is de medaille-oogst groot: 18 stuks plus fraaie bokalen voor overwinningen in de marathonwedstrijd en in de afsluitende 4 x 400 meter estafette, met Lou Hoogewerf in een Duits-Nederlandse combinatie. De medailles krijgen we de volgende dag uitgereikt, ze zijn zwaar uitgevoerd en voorzien van een koordje in de kleuren van de Duitse vlag, met ingegraveerde naam en afstand.

Een veel groter deelnemersveld

In schaatsland Nederland komt na het succes van Frankfurt 1991 het besef dat het wel erg leuk moet zijn om aan deze Games deel te nemen. Dat blijkt als de OEC FrankfurtF op 27-28 februari 1993 voor de tweede maal de Games organiseert. Het deelnemersaantal verdrievoudigt bijna, met 26 uit Duitsland, 33 uit Nederland, , uit Zwitserland, België en de USA elk 1, onder wie 3 vrouwen). Er worden 35 Nederlandse medailles behaald, met een vrouwelijke inbreng van 6 medailles. De 42-jarige Rita Luten-Hekman, Nederlands kampioene Junioren-A van 1968, behaalt drie overwinningen in haar leeftijdscategorie  en de net 64-jarige Nico Olsthoorn, deelnemer aan de Olympische Spelen van Cortina d’Ampezzo in 1956, wint bij 60+ de 3 km.

Haarlem en Omstreken 125 jaar

De IJsclub Haarlem viert  op 16 januari 1994 het 125-jarig bestaan  met allerlei evenementen, waarvan het hoogtepunt is  de Veterans Skating World Games op 15 en 16 januari. Onder de 106 deelnemers zijn bekende namen als de sprinters Lieuwe de Boer en Eppie Bleeker, de 66-jarige Elfstedenvedette Jeen van den Berg, de Letse allroundster Lasma Kauniste, de Zwitser Peter Reimann en de Canadese langeafstandsspecialist Pierre Gagné. De verdeling in landen is: Nederland 74, Duitsland 14, Canada 9, Zweden 5, Finland, België, Letland en Zwitserland elk 1. Het weer is perfect voor een (dan nog) open ijsbaan en vooral de Canadezen genieten volop van de oude stad Haarlem, waar voor de deelnemers een rondleiding in het middeleeuwse stadhuis op het programma staat.

‘Regels zijn regels’

Er doen zich in Haarlem enkele opvallende gebeurtenissen voor. Deelnemer Berry den Brinker heeft een dermate slecht zicht in zijn ogen dat hij de wedstrijdleiding verzoekt om bij het ingaan van elke bocht een zwarte pilon te mogen neerzetten, zodat hij door het contrast met het witte ijs weet wanneer hij met de bochtinzet moet beginnen. De 51-jarige Lasma Kauniste, niemand minder dan, de wereldkampioene allround van Grenoble 1969 rijdend voor de Sovjet Unie (eerste voor Stien Kaiser en Ans Schut), verschijnt onverklaarbaar niet op tijd aan de start. Als zij opeens opdoemt, blijkt scheidsrechter Grundlehner helaas een ‘regels zijn regels’-man: hij toont geen clementie en besluit dat zij haar rit wel mag rijden maar buiten mededinging. Wat was er aan de hand? Lasma was op tijd in de trein gestapt naar ….Den Haag. Zij had niet goed gelezen dat zij in Haarlem moest zijn, halverwege ontdekte zij haar vergissing ze maar kwam desondanks te laat.
De Boer (42.52) en Bleeker (43.17) gooien er nog altijd lage veertigers uit. Rita Luten-Hekman prolongeert haar titel bij de 40+ en in dezelfde categorie wint bij de heren de 42-jarige stayer Jan Boere, met ondermeer een indrukwekkende 5 km. binnen de 8 minuten en wordt Jeen van den Berg eerste bij 60+. In plaats van afstandsmedailles geldt er een klassement per leeftijdscategorie, wat later zo blijft.

Bekende namen en groei

De groei van de deelname van seniorenschaatsers zet hierna door.  In januari 1995 zijn er wedstrijden getiteld World Speed Skating Master Cup in Frankfurt, met 48 deelnemers uit 4 landen en ter gelegenheid van 100 Jaar Gewest Noord Holland/Utrecht organiseert Haarlem op 13-15 maart 1995 de IV World Speed Skating Master Games met  zo’n 140 deelnemers uit 8 landen. Dus al twee belangrijke Master-toernooien  in één seizoen!
Er bevinden zich onder de deelnemers ook steeds vaker bekende namen, als Günther Traub (1939), voormalig Duits schaatskampioen en Olympia-ganger, later fitness-trainer en personal coach van tal van internationale grootheden, Roberto Sighel (1967), oud Italiaans en wereldkampioen, de Canadees Gaétan Boucher (1958), voormalig Olympisch sprintkampioen en Nancy Swider-Peltz (1956), USA, oud-wereldrecordhouder op de langere afstanden en drievoudig Olympia-ganger.

Meer structuur gewenst

De groei gaat gepaard met een toenemende roep om structuur en niet in de laatste plaats erkenning door de ISU. In het voorjaar van 1994 al steken uit Duitsland Roland Hageman en Dr. Volker Serini (deelnemer aan de eerste Games in Frankfurt) en uit Haarlem Aris Dijksman en Harry Falke, met als inspiratie de ideeën van Peter Reimann, de hoofden bij elkaar en richten de ’International Seniors’ Speed Skating Committee’ op. Vanaf dat moment dragen de competities de term ‘Seniors’. Het magazine ‘Iceoval’ dient voor de communicatie en informatievoorziening over verslagen, resultaten en aankondigingen van wedstrijden.
In 1998 introduceert de ISSSC Seniors’ World Records zowel voor mannen als vrouwen per vijf-jaars categorie met resultaten vanaf Frankfurt 1991. Het toenemend gebruik van het aerodynamische ‘rubberpak’, ook bij deze schaatsers, en van de recentste klapschaatsmodellen, dragen zeker bij tot een uitzonderlijk hoog niveau en opmerkelijke records op deze lijst.

Gesprekken met de ISU

Na de milleniumwisseling worden er gesprekken gehouden met de ISU met als doel het toevoegen van de Seniors-reglementen aan die van de bond en financiële ondersteuning van de ISSSC. De term ‘Seniors’ wordt nu vervangen door Masters, er komt een ISU Masters’ Group Speed Skating als advieslichaam en de financiële steun komt er ook.
Nederland wordt in de IMSSC vertegenwoordigd door het ‘Master Circuit Langebaan Nederland’, dat onder andere limieten stelt voor deelname door Nederlanders aan de Allround Games want sinds de beginjaren is het niveau behoorlijk gestegen. De World Games kennen al vele jaren zelfs een deelnamequotum voor Nederlanders. In 2009 wordt er door de KNSB een officieel Nederlands kampioenschap voor Masters ingesteld.

29 keer

De World Games zijn inmiddels voor de 29ste keer georganiseerd, in januari van dit jaar in het Italiaanse Collalbo. In die 29 jaar zijn er vele Masters- toernooien bijgekomen, Wie op de website ‘Wedstrijdkalender Masters Seizoen 2019-2020 kijkt, ziet daar, naast de Games in Collalbo, ook de ‘International Masters Sprint Classics’ in Inzell, de Winter World Masters Games (de door het IOC erkende Olympische Spelen voor Masters) in Innsbruck, de International Master Cup op de Hohen Schönhausen baan in Berlijn, de NK Masters Allround en Afstanden in Utrecht en zelfs wedstrijden in Calgary en Salt Lake City en recent Japan, allemaal overigens afgerond bij verschijnen van dit artikel.
Om aan zulke wedstrijden mee te doen, is flinke training een absolute vereiste, naast een ruim (reiskosten)budget. Wat begon als een busreisje van pioniers naar Frankfurt, is nu een serieus wedstrijdcircuit met een groot en enthousiast internationaal deelnemersveld.

Bron: artikel uit de Sportwereld editie maart 2020